Druk uitoefenen, maar op de juiste manier!

Hoe je fietsbanden correct oppompt

Druk uitoefenen, maar op de juiste manier!

Hoe je fietsbanden correct oppompt

Fietsbanden oppompen: Altijd onderweg met de juiste bandenspanning

De banden op je fiets moeten jou, de bike en vaak ook nog bagage of boodschappen dragen – dan mag de bandenspanning niet te laag zijn. Als je lang blijft rijden met banden die onvoldoende zijn opgepompt, neemt de slijtage toe. Bovendien is wegrijden dan lastiger. Maar je mag je banden natuurlijk ook niet met te veel lucht vullen. Onze tip: De bandenspanning maandelijks controleren en eventueel de fietsbanden oppompen.

Gewicht, terrein, bandbreedte: De vereiste bandenspanning varieert

De correcte bandenspanning in de binnenband van de fietsband hangt onder andere af van de bandbreedte, de ondergrond en de belasting door het gewicht van de fietser en de bagage. De bandenspanning wordt aangegeven in de meeteenheid bar. Bij fietspompen met manometer (meetinstrument voor druk) zie je op de meetschaal vaak ook de Amerikaanse eenheid psi: een bar is 14,5 psi, een psi is 0,07 bar. Omrekentabellen zijn online te vinden.

De benodigde bandenspanning is minder naarmate de bandbreedte hoger wordt. Racefietsen met smalle banden rijden met een hoge bandenspanning van zeven bar en meer, mountainbikes met hun duidelijk bredere banden en met meer profiel gebruiken twee tot drie bar. Offroad is een lage bandenspanning namelijk een voordeel, dat geeft meer grip en vangt stoten beter op. Citybikes en trekkingfietsen zitten daar met drie tot vier bar ongeveer tussenin.

Het aanbevolen bereik voor bandenspanning staat op de zijkant van de buitenband vermeld. Hoe meer de fietser weegt, hoe hoger de bandenspanning moet zijn. Bij een afnemende bandenspanning neemt de rolweerstand toe. Het slijtagevlak wordt groter en er kunnen scheuren in de zijwand van de buitenband ontstaan. 

Bij een eBike moet de elektrische motor harder werken als de banden niet voldoende zijn opgepompt. Dat kost energie. Bij een optimale bandenspanning rolt de fiets beter, kom je verder en heb je minder kans op pech onderweg.

Regelmatig de bandenspanning controleren en eventueel de fietsbanden oppompen.

Elke binnenband verliest na verloop van tijd lucht, daardoor daalt de bandenspanning met ongeveer een bar per maand. Hoe hoger de bandenspanning, hoe sneller deze ook weer daalt. De bandenspanning controleren door met de duim te drukken, is geen betrouwbare manier: Vanaf ongeveer twee bar voelen banden eigenlijk altijd hard aan en het verschil tussen drie en vier bar kun je niet voelen. Beter: Controleer de bandenspanning exact met de al genoemde manometer.

Als de fietsband voortdurend duidelijk lucht verliest, controleer de buitenband dan op beschadigingen en check de binnenband in een emmer water op luchtlekken. Kleine gaatjes kun je plakken. Een beschadigd ventiel repareren is lastiger. Vervang bij twijfel de binnenband en gebruik voortaan pechbestendige buitenbanden, zoals van Schwalbe.

De verschillende fietsventielen

Er bestaan drie ventieltypen voor fietsbanden: Autoventiel (Schraderventiel), Blitzventiel (Dunlopventiel) en Sclaverandventiel (Frans ventiel).

Binnenbanden met Sclaverandventiel worden zowel gebruikt op racefietsen als op hoogwaardige trekkingfietsen en mountainbikes. Sclaverandventielen zijn bestand tegen zeer hoge bandenspanningen. Ze zijn dunner dan auto- en Blitzventielen en in twee lengten leverbaar (40 en 60 millimeter).

Binnenbanden met een autoventiel worden vooral gebruikt op mountainbikes. Je kunt de bandenspanning bij een benzinestation controleren met een bandenspanningsmeter en de fietsbanden precies oppompen. 

Binnenbanden met Blitz- of Dunlopventiel worden vaak gebruikt op city- en trekkingfietsen. Blitzventielen zijn groter dan autoventielen en de onderdelen zijn vervangbaar zonder gereedschap. Het oppompen van fietsbanden gaat het best met een gewone fietspomp.

Praktische tips: De fietsbanden oppompen

Gebruik bij voorkeur een compressor of een staande fietspomp. Draai de band zodanig dat
het ventiel midden/onder komt. Als je een Frans ventiel moet oppompen, draai je de ventieldop
eraf voordat je de pompkop met de vergrendelingshendel vastzet. Bij een autoventiel gebruik je
de grote opening, voor het Blitzventiel en Frans ventiel de kleine opening in de pompkop.